Portret Channa

Channa is literatuurwetenschapper. Ze publiceerde twee boeken, waarvan één met levensverhalen van succesvolle mensen uit een Amersfoortse arbeiderswijk. Als freelance redacteur en schrijver werkt ze o.a. voor Uitgeverij Aspekt, Internationale School voor Wijsbegeerte, Mijn Geheim, Daphne’s Diary, Molly Makes, de Stentor en het Nieuw Israëlitisch Weekblad. Ze blogt over positieve dingen op www.maaklimonade.com.

Nog niet slapen

Zachtjes loop ik de witgeverfde houten trap op. Een tree onder het midden kraakt ie, precies zoals ie dat vroeger ook al deed als mijn zusje en ik op zondagochtend op blote voetjes naar beneden slopen om televisie te kijken. Mijn neefje van drie loopt achter me aan, stampend, want hoe ‘zachtjes’ moet begrijpt hij nog niet zo goed. Mijn ouders hebben een heuse kinderkamer voor hun schare kleinkinderen, waarvan mijn dochter de jongste en laatste is. Mijn meisje kijkt met grote ogen rond. Wandkleden, boeken, spelletjes, er is ook zo veel te zien. Ik volg haar blik en herinner me ineens dat dit vroeger de slaapkamer van mijn ouders was. Hun tweepersoonsbed vulde de hele kamer. Met verjaardagen sprongen mijn zusje en ik vanuit de deuropening zo op hun bed, want daar begon het feest: met verjaardagliedjes en cadeautjes.

Mijn neefje wil zijn grote tractor bij haar in bed achterlaten, zodat ze zich niet hoeft te vervelen als ze slaapt. Ik stop haar lekker onder de dekens, ze is zo moe dat haar ogen al bijna dichtvallen, maar ze kent dit bedje, deze kamer, niet, en voorlopig wint haar nieuwsgierigheid het van de slaap.

Als mijn neefje en ik de kamer uitlopen, zegt hij: ‘Je moet nog tegen de deur botsen.’ ‘Tegen de deur botsen?’, vraag ik. ‘Ja, zoals opa altijd. Heel hard tegen de deur aanlopen.’ ‘Doet opa dat nog steeds?’, vraag ik. ‘Jaaa! Heel hard!’ Mijn neefje springt van enthousiasme. Ik moet denken aan het kleine meisje dat ik 35 jaar geleden was. Mijn vader heeft mijn zusje en mij voorgelezen en nu moeten we echt gaan slapen. Echt hoor. En dan… knal… loopt hij tegen de deur aan. Zitten mijn zusje en ik weer helemaal wakker rechtop in bed, gierend van het lachen. Nog een keer, nog een keer.

‘Dat snapt de baby nu nog niet,’ fluister ik mijn neefje toe. Samen sluipen we de trap af, maar dat ie kraakt net onder het midden, daar kunnen wij niets aan doen.

Channa in bed